DOKKUM – ‘Alles moet en gaat snel tegenwoordig, maar het leren bespelen van een muziekinstrument kost heel veel tijd en moeite en vergt een enorme dosis doorzettingsvermogen’, aldus Theo Brouwer, dirigent van het Frysk Jeugd Orkest.
Brouwer deelde deze wijsheid mee aan het publiek in De Doelstien in Dokkum, waar zijn orkest zaterdagavond een concert gaf, samen met een groot aantal basisschoolleerlingen uit de regio.
Sommigen speelden partijen mee op ‘groen’ niveau, anderen op ‘geel’ en ook waren er ‘oranje’- klanten bij, die hetzelfde niveau haalden als de orkestleden.
Wanneer het complete orkest zich stortte op composities van Beethoven(deel één uit de vijfde symfonie), Corelli(een barokke suite) of Grieg(twee delen uit de Peer Gynt Suite), was de geluidsbron enorm. Desondanks waren er volop dynamische, ritmische en melodische nuances, werden maat en tempo goed bewaakt en werden kleine oneffenheden door de vaste spelers van het orkest telkens als het ware met de mantel der liefde toegedekt.
Het moet een feest voor alle kinderen zijn geweest om in een echt orkest mee te mogen doen op blokfluit, dwarsfluit, trompet, hoorn, viool, cello, trom of welk ander instrument dan ook.
De kinderen, over het algemeen leerlingen van muziekschool Opus 3, oefenden een hele middag lang op het repertoire en werden toen voor de leeuwen gegooid. Alhoewel………voor je eigen ouders en die van je vriendjes hoef je natuurlijk niet echt bang te zijn.
Om overbelasting van de kinderen te voorkomen, zette Theo Brouwer voor hen geregeld luistermomenten in.
Op deze momenten speelde het Frysk Jeugd Orkest eigen repertoire, zoals ‘Into the Storm’ van Robert W. Smith. Het werk was een ritmisch juweel met felle accenten en swingende syncopen en soms een heerlijke oase van rust.
Een bijzondere compositie was ‘Our Journey’, gemaakt door twee leden van het orkest, namelijk Chantal en Michelle Brunt. Dat deze twee zussen oog/oor hebben voor orkestratie bleek zonneklaar uit de mooie rollen van alle verschillende instrumenten in hun harmonische en melodische context.
Zeer fraai geïnstrumenteerd klonken ook de ‘Promenade’ en ‘De grote poort van Kiev’ uit Moussorgski’s ‘Schilderijententoonstelling’ op.
Te midden van stoer thematisch spel zorgde een fragiel houtblazersfragment hier voor de nodige ontroering.
Hoe het stuk heette, waarbij zonnebrillen werden opgezet, cello’s tijdens het spel om hun as draaiden en spelers afwisselend gingen zitten en staan, werd niet duidelijk, maar dat het orkest er raad mee wist, des te meer.
Zeg nou zelf, wie wil met zo’n orkest niet samenspelen?
TEKST RENNIE VEENSTRA
FOTO’S JAN VAN EMPEL